Er was eens een boze stiefmoeder

De stiefouder, meestal stiefmoeder, komt er in sprookjes niet zo best af. De realiteit is gelukkig vaak heel anders. De nieuwe partner kan een mooie aanvulling zijn in het leven van de kinderen. Maar wanneer ben je eigenlijk een stiefouder?

Stiefouder wordt je niet doordat je een relatie krijgt met iemand met kinderen. Er is meer voor nodig. Je kunt alleen stiefouder zijn als je getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan met de ouder van de kinderen. En ook dan ben je niet altijd een stiefouder: het kind moet onderdeel uitmaken van het gezin. Een kind dat een weekend per 14 dagen bij jullie thuis verblijft is geen stiefkind.

Waarom is die titel ‘stiefouder’ nu zo belangrijk? Het brengt verplichtingen en rechten met zich mee. Je hebt als stiefouder de plicht om je stiefkind te onderhouden. Dat kan er dus voor zorgen dat de kinderalimentatie ineens door 3 mensen in plaats van 2 betaald moet worden. Die alimentatieplicht van de stiefouder houdt weer op als het huwelijk eindigt.

Het stiefouderschap geeft ook rechten: als het huwelijk met de ouder eindigt, houdt de stiefouder recht op omgang met het stiefkind. Het gebeurt veel dat stiefouder en –kind een goede band met elkaar opbouwen die ze bij het eindigen van het huwelijk niet kwijt willen. Gelukkig eindigt het voor de stiefouder niet altijd zoals in de sprookjes.

Tweemaandelijks behandelt mr. Jennifer Heijmann, advocaat/scheidingsmediator te Papendrecht, zaken die zij tegenkomt in haar familierechtpraktijk.

Deze kolom is gepubliceerd in De Klaroen (week 09 – 2017) welke wordt verspreid in Alblasserdam, Kinderdijk, Nieuw-Lekkerland, Oud-Alblas, Papendrecht en Streefkerk.